Maag- en darmklachten: Allergie of intolerantie?
Heb je wel eens last van maag- en darmklachten? Of laat je wel eens lactose, gluten, melk of granen liggen? Lees dan vooral verder en ontdek wat je wel en niet moet doen.

Vermoeidheid, een opgeblazen gevoel, winderigheid of last van onze darmen. Vrijwel iedereen heeft er wel eens last van. Als het langere tijd aanhoudt kun je jezelf afvragen of je voeding hierbij een rol speelt.

Soms kun je het idee krijgen dat bepaalde producten of voedingsgroepen ervoor zorgen dat je klachten erger worden. Door anders te gaan eten kan je de klachten soms, al dan niet tijdelijk, verminderen. Maar wanneer weet je nu of er echt sprake is van een allergie? Heeft het zin om een (thuis) test te laten doen? En wat moet je weten voordat je zelf aan het experimenteren gaat? We gaan stap voor stap met je na wat wel of niet handig is om te doen.

De oorzaken van maag- en darmklachten
Eerst even dit. Maag- en darmproblemen komen veel voor onder lopers. Maar liefst 70% van lopers zegt er regelmatig last van te hebben. Klachten kunnen allerlei vormen aannemen. Van winderigheid, diarree, obstipatie tot een opgeblazen buik of oprispingen. Deels wordt dit verklaard door de sport die we doen. Tijdens het lopen wordt ons maag- en darmsysteem behoorlijk door elkaar geschud. Wat kan zorgen voor extra actieve darmen. Deels kan het ook verklaard worden door onze voeding. Ben je bijvoorbeeld gewend om weinig suikers te eten dan zal ons lichaam extra moeite hebben met de vertering van suikers die we innemen tijdens een wedstrijd of intensieve training. Ook de inname van grote hoeveelheden vezels, pittig eten of vetrijke maaltijden kan zorgen voor een verhoogd risico op klachten. Ten slotte, en dit krijgt de laatste tijd steeds meer aandacht, kan spanning ervoor zorgen dat onze darmen extra actief worden of juist ‘op slot’ gaan. De reden hiervoor is dat een directe verbinding blijkt te bestaan tussen onze darmen en onze hersenen en stress en spanning directe invloed heeft op de productie van bepaalde stressgerelateerde hormonen, óók in onze darmen. Dé verklaring waarom je voor een wedstrijd bijvoorbeeld diarree kunt krijgen. Heb je te maken met inspanningsgerelateerde maag- en darmklachten dan is er dus niet direct reden om aan te nemen dat dit aan je voeding ligt.

Een andere reden voor maag- en darmklachten die weinig te maken hebben met een allergie is je levensstijl. Grote inname van alcohol (binge-drinking), het overslaan van maaltijden óf het juist consumeren van grote maaltijden, strakke kleding, een slechte nachtrust, onregelmatig eetmomenten, te weinig beweging, roken of overgewicht: allemaal factoren die kunnen zorgen voor maag- en darmklachten maar die niet veroorzaakt worden door een allergie. . Ons lichaam heeft baat bij – hoe saai het ook klinkt – regelmaat en moderatie. Oftewel: regelmatige, niet al te grote maaltijden op ongeveer dezelfde momenten op de dag.

Vezels zorgen voor bepaalde darmactiviteiten
Volgens voedingsdeskundige dr M. Rossie laat iemand die dagelijks 30 gram vezels eet zo’n 10 tot 20 keer per dag een scheet. Dit is een normaal en gezond proces. Een deel van deze lucht is afkomstig uit onze darmen waar ons microbioom gassen produceert. De rest is lucht die we inademen. Vind je dat je scheetjes wel erg stinken? Dat kan verschillende oorzaken hebben. Je eet misschien te grote maaltijden ineens, je bent ineens veel meer vezels gaan eten, je hebt last van obstipatie of je eet een grote hoeveelheid eiwit (zoals in supplementen).

Maag- en darmklachten door andere oorzaken
Behalve je voeding en andere leefstijlfactoren zijn er nóg een aantal andere zaken die bij kunnen dragen aan maag- en darmklachten. Zo kunnen reizigersdiarree, het (langdurig) gebruik van antibiotica of ondervoeding (eventueel in combinatie met een eetstoornis) ook zorgen voor problemen. In de meeste gevallen zijn deze processen omkeerbaar. Wanneer je lichaam herstelt, je bacteriën weer worden gevoed en je lichaam gewend raakt aan meer voeding zullen ook de klachten verdwijnen. In zulke situaties is het extra belangrijk om geen voedingsgroepen van je menu te schrappen. Door een grote variatie aan producten te eten zal je lichaam juist gebruik kunnen maken van alle goede eigenschappen én weer wennen aan een gezond eetpatroon.

Wat is het verschil tussen een allergie en intolerantie?
Als je al deze factoren hebt bekeken kan het zijn dat er sprake is van onverklaarbare klachten. Het kan zijn dat je dan echt te maken hebt met een allergie. Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen een allergie en een intolerantie. Bij een voedselallergie eet je iets waarvan je lichaam denkt dat het schadelijk is. Hierdoor gaat het antistoffen (IgE, IgG en IgM) maken tegen de eiwitten die in het product voorkomen. De eiwitten die een allergie kunnen veroorzaken worden allergenen genoemd. Er zijn maar liefst 120 etenswaren die een allergie kunnen veroorzaken. De belangrijkste veertien moeten vetgedrukt worden op de ingrediëntenlijst van een product. Het gaat dan om glutenbevattende granen (zoals tarwe, rogge, gerst, haver), schaal- en weekdieren, eieren, vis, aardnoten (pinda), soja, melk noten, selderij, mosterd, sesamzaad, zwaveldioxide en sulfieten (in hoge concentraties) en lupine. Er kunnen ook kruisreaties plaatsvinden als allergenen sterk op elkaar lijken. Zo kan iemand met een berkenallergie reageren op appel maar ook op hazelnoot, amandel, walnoot, cashew, pecannoot, kiwi, peer, kers en perzik. Etenswaren die kruisreacties kunnen veroorzaken hoeven officieel nog niet vermeld te worden het etiket. De Nederlandse Voedsel- en Waren Authoriteit (NVWA) is daar al wel mee bezig. Allergenen kunnen zich overigens ook in de lucht bevinden (zoals pollen, huisstofmijt of schimmels) of aanwezig zijn in cosmetica, in schoonmaakmiddelen en in rubber.

Heeft intolerantie iets te maken met het immuunsysteem?
Nee, een voedselintolerantie kan dezelfde klachten geven als een allergie maar is eigenlijk heel iets anders. Bij een intolerantie speelt ons immuunsysteem geen rol maar reageert het lichaam anders op een stof dan we zouden verwachten. Mensen met een lactose-intolerantie zijn bijvoorbeeld niet in staat om lactose af te breken omdat ze het enzym lactase missen. Of iemand met een fructose-intolerantie is niet in staat vruchtensuiker af te breken omdat ze het enzym aldolase niet aanmaken. Bij gluten-intolerantie (coeliakie) is het minder duidelijk. Hier kan er sprake zijn van een allergie gecombineerd met een intolerantie. Daarnaast kan er ook nog sprake zijn van een officiële glutenallergie wat niets te maken heeft met coeliakie.

Wat te doen als je allergisch bent voor een stof?
Bij een allergie moet je het eiwit waar je allergisch voor bent volledig vermijden. Het kan wel zijn dat je er na een tijdje overheen groeit en je het product weer zonder klachten kan eten. Bij een intolerantie kan je soms wel kleine hoeveelheden tolereren. Zo kunnen mensen met een lactose-intolerantie soms wel yoghurt of geitenmelk eten omdat dit minder lactose bevat.

Hoe weet je of je een allergie of intolerantie voor bepaalde producten hebt?
De klachten van een allergie of intolerantie lijken veel op elkaar. Bij een allergie treedt de reactie meestal binnen een paar minuten tot twee uur na inname op. Voorbeelden van klachten zijn jeuk, een loopneus, opgezwollen ogen, benauwdheid, darmklachten, eczeem of duizeligheid. In ernstige gevallen kan er ook anafylaxie optreden: een gevaarlijke, zeldzame allergie waarbij er long- en/of hartproblemen optreden. Dit komt het vaakst vorm bij een allergie voor pinda’s of noten.

Bij een intolerantie worden er geen antistoffen geproduceerd. Het heeft dan dus ook geen zin om hiervoor een allergietest te doen. En een allergietest kan dus ook niet aantonen dat je ergens intolerant voor bent.

Heeft het zin om een zelftest te doen voor een allergie?
Hoewel er op internet tal van zelftesten verkrijgbaar zijn, hebben deze geen zin. Om te begrijpen waarom niet, moet je eerst weten hoe een allergie ontstaat. Wanneer schadelijke stoffen ons lichaam binnendringen gaat het lichaam antistoffen produceren. Deze noemen we immunoglobulines en zijn er in vijf varianten: IgA, IgD, IgE, IgG, en IgM. De variant die betrokken is bij het herkennen van allergenen (de eiwitten die een allergie veroorzaken) is IgE. Deze hecht zich aan cellen in ons lichaam (we noemen die mestcellen). Komt er een allergeen ons lichaam binnen dan krijgt de mestcel een signaal en gaat deze kapot. Er komen dan stoffen vrij (zoals histamine) die de allergische reactie veroorzaken. Bij het ontstaan van een allergie vinden er twee fases plaats. De eerste fase is sensibilisatie. Je eet iets en je lichaam produceert IgE en gaat op de mestcel zitten. In de tweede fase, reactie, eet je hetzelfde allergeen en gaat de mestcel kapot.

Hoe kun je testen of je een allergie hebt?
Er zijn verschillende manieren om te testen of je een allergie hebt. De meest gebruikte zijn een bloedtest of een huidtest. Bij een zogenaamde CAP-RAST-test wordt er bloed afgenomen en wordt er gekeken naar IgE in het bloed. Bij een huidtest (priktest) worden van 19 allergenen waar je mogelijk allergisch voor bent deeltjes op de huid aangebracht. Als de huid vervolgens rood wordt kan er sprake zijn van een allergie. De meest betrouwbare test is een voedselprovocatie test. Hierbij krijg je meerdere testvoedingen. Het best is het als zowel de patiënt als de arts op dat moment niet weet om welke voeding het gaat. Er is dan sprake van een dubbelblind onderzoek. Tijdens de test worden er steeds grotere porties van een bepaald product gegeven om de reactie te meten. Pas aan het eind van de test weet je om welk product het gaat. Deze testen kunnen alleen onder toezicht en in een klinische setting worden uitgevoerd. Ze zijn daarom erg kostbaar.

Van andere testen zoals IgG4-testen, antilichaamonderzoeken, H-analyse, elektrodermale testen, imupro testen, vegatesten, haaranayses, kineioslogie, bioresonantieonderzoek of cytotoxicsche testen is niet bewezen dat deze aan kunnen tonen dat je een allergie hebt.

De testen die online kunt kopen meten IgG. Dit is de antistof die het meest voorkomt in ons lichaam. Als we een maaltijd hebben gegeten is het normaal dat er kleine deeltjes, onverteerde eiwitten via onze darmen in bijvoorbeeld ons bloed komen. Het lichaam ziet ze dan als allergenen en zal wat IgG produceren. We merken hier niets van en krijgen dus ook geen allergische reactie (zoals bij de productie van IgE). Een test die IgG (of een vorm daarvan IgG4) meet na het eten van bepaalde voedingsmiddelen zegt niets over je gevoeligheid voor dit product. Veel thuistesten beloven dat er na het opsturen van wat bloed (met een prikje) gekeken wordt hoe je reageert op soms wel 100 verschillende etenswaren. De etenswaren die een grote IgG reactie laten zien zou je vervolgens moeten vermijden. De wetenschap zegt echter iets anders: een IgG reactie op een product is juist een normale reactie op de blootstelling aan het eten ervan en zorgt er juist voor dat je een product kunt én blijft tolereren. Zou je dit product vervolgens volledig vermijden dan kan het zijn dat er juist een intolerantie ontstaat.

Zoek hotels en meer ...

Maag- en darmklachten: Allergie of intolerantie?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.